zaterdag 2 oktober 2010

Engelse Moesson

De regentijd is begonnen. De engelse herfst. Bij de achterdeur staan twee kindertjes met hun neus tegen het glas naar buiten te kijken.
‘Beetje nat,’ mompelt Tijm.
Linde schudt haar hoofdje: ‘Neehee.’

Soms stopt de regen eventjes. Tijm komt aanlopen met zijn laarzen. Met mama’s kruk. Ook Linde heeft haar kikkerlaarsjes gepakt. Mama zucht nee. Mama heeft een gebroken voet. Het houten trapje in de tuin ziet er akelig glad uit. Het gras glinstert in het ijle straaltje zon. ‘Het is te nat. Kijk maar. Overal nat.’

Tijm stampt met zijn voet. ‘Het is niet nat.’
‘Misschien strakjes,’ zegt mama, ‘als het gras opgedroogd is.’
Maar strakjes regent het alweer. We blijven binnen.

Als mama weer kan lopen gaan we naar buiten. In nieuwe jassen, schoenen en winterbroeken. Linde heeft al een nieuwe jas. Vanuit opa en oma’s huis zijn we naar het dorp gestrompeld en hebben we degelijke winterschoenen gekocht. En één jas. Linde paradeerde rond als een pauw in de blauwe jas met witte stippen en bontkraagje. Haar ogen straalden erbij. ‘Mooie jas, mooie Linde,’ riep Tijm.
Hij paste precies, de jas. Niet op de groei. We kochten hem toch.
Tijm wil een groene jas. De winkeldame draagt jas na jas aan. Blauwe jassen, rode jassen, bruine jassen, zelfs een gele jas. Tijm wil ze niet passen. Hij wil een groene jas. Boos loopt hij weg.

Weer thuis is er gelukkig internet. Tijm kijkt mee over mama’s schouder. Hij ziet de jas meteen. ‘Die,’ wijst hij. ‘Die wil ik. De groene jas.’
De jas is groen. Heel groen. Mama vind het goed. Passen kan niet. We moeten meten. Tijm doet het zelf. Hij meet zijn hand. Hij meet zijn neus. Hij meet mama’s been. Hij meet Linde’s buik. Maar wat hebben we nodig? Tijm’s lengte. Tijm’s armen. Tijm’s borstomtrek. En zijn middel, we kopen meteen nieuwe broeken. Een kleine worsteling later staan de maten op papier. We klikken op de groene jas in de goede maat. Nu de broeken. Tijm wil de blauwe broek met rode ruiten. Goed. Tijm is precies een meter lang. Maat drie jaar. Tijm’s middel is veertig centimeter. Maat negen maanden. Mama zucht. Ze klikt de drie jaar broek aan.

Een paar dagen later. ‘Ding dong.’
Tijm rent naar de deur. Een man brengt een groot pak. Snel scheuren Tijm en Linde het open. Het lijkt wel Sinterklaas. Er rolt van alles uit het pak. Eerst de groene jas. ‘Prachtig!’ roept Tijm.
Linde’s nieuwe broek is paars met grote roze bloemen. Meteen wil ze hem aan. Tijm grijpt naar de blauwe broek met de rode ruiten. De broek is van zacht flanel. Tijm knuffelt de broek tegen zich aan. Hij trekt zijn te korte broek naar beneden.
We doen de nieuwe broek aan, sjorren het touwtje strak. Strakker. Strakst. Tijm is blij. Hij is een stoere baggy skater. Die dag, de dag erna en de dag daarna. De broek mag niet meer uit.

Elke dag staan twee kindjes bij de achterdeur. Met laarzen, nieuwe jassen en warme broeken. Ze kijken naar de regen. Mama kijkt naar haar gipsloze, pijnlijke voet. Morgen is het zaterdag. Morgen is papa thuis. Misschien regent het morgen even niet. Tijm en Linde zijn er klaar voor.

5 opmerkingen:

  1. Lang leven het internetshoppen! Vind het altijd net Sinterklaas als het pak dan gebracht wordt :-). Sterkte met de regen en je voet.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Aah heerlijk webshoppen :-) Heb je geen gips (meer) om je voet?? Knapt het wel al wat op?

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Ja, het gips is eraf. De arts zegt dat het zo sneller geneest, het gips is alleen als pijnstiller. Het resultaat is dus dat lopen nog pijnlijker is dan met. Grrr. Maar, het goede nieuws, vanochtend scheen een paar uur de zon en de kindjes zijn met papa naar het park geweest!

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Fijn dat ze naar buiten zijn geweest. :)

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Er zijn zoveel kinderen die smalle tailles en lange benen hebben, waarom hebben de winkels dat nog niet door?!

    Leuk hoe ze zelf ook zo enthousiast zijn...

    BeantwoordenVerwijderen