maandag 30 augustus 2010

Vakantieblues

Als je na een afwezigheid van weken weer thuis komt ruikt je huis raar. Vreemd, dor en duf. Niet lekker. Toch maakt juist die vreemde geur thuiskomen, zelfs voor een verstokte reiziger als ik, spannend. Op vakantie zijn was normaal geworden. Thuis is nieuw en interessant. Helaas duurt dit niet lang, dus van het thuiskomen moet snel worden genoten. Tijm en Linde doen dit door uitgelaten hun speelgoed te herontdekken. Tijm heeft geen tijd om te ontbijten, er moeten meterslange treinen en boten worden gemaakt van Duplo. Dan moeten de gekregen boerderijbeesten kennismaken met hun nieuwe vrienden. Het overige speelgoed strooit Linde vrolijk door de kamer. We voelen ons weer helemaal thuis.

Moeiteloos schakelen de kinderen terug van het vakantieleven naar het gewone leven. Mama heeft meer moeite. Na het uitpakken van de koffers bekruipt mij een rusteloosheid. Wat gaan we doen? Natuurlijk is er genoeg te doen. Wassen, boodschappen, opruimen, dode bloemen weggooien, gras maaien, mail checken. Maar ik wil niet. Ik wil varen met de boot, fietsen, koeien kijken, zwemmen, steppen rond het pleintje en musea bezoeken. Of gewoon niets. Want op vakantie is zelfs niets doen leuk. Is juist niets doen leuk. Thuis gaapt de lege week me troosteloos aan in mijn agenda.

We gaan maar aan de slag. Papa gaat het thuiskomen makkelijker af en hij geniet van zijn laatste vrije dag. Hij gaat het gras maaien. In zijn kielzog verdwijnen de kinderen en uiteindelijk ook ik naar buiten. De geur van gemaaid gras prikt in mijn neus. Toch wel een fijne tuin. Zelfs de zon komt even kijken. Wat een onkruid. Ik wied hier, ik wied daar. Tijm trekt de net aangeslagen plantjes eruit. Hij oogst een schootvol overrijpe tomaten. Papa oogst een gele komkommer en een handvol appels. Linde gaat helemaal alleen van de glijbaan af. Ik kijk peinzend rond. De vlierbessen schreeuwen om geplukt te worden en tot jam gemaakt. In het voorjaar moet er een hoop gebeuren. En perkje hier, die thuja eruit, daar wat bloemen, wat meer kleur. Wie at de nieuwe bessenstruiken op? Dan grijnst de nieuwe moestuinbak me leeg lachend toe. Vlak voor de vakantie brak papa zijn rug met het bouwen en vullen met vruchtbare aarde. Toen gingen we weg. We moeten naar het tuincentrum. Zaaien en planten, voorzover mogelijk in de herfst. Langzaamaan verbleken de vakantieblues en ontrollen zich nieuwe plannen. Thuis zijn is zo gek nog niet.

En de vakantie? Daar ga ik nog lekker over nadromen. En schrijven. Over onze avonturen met de Friese koeien, boten, treinen en de regen. Want op vakantie is zelfs regen leuk. Soms.